Paddenstoelen zijn de vruchten van schimmels. Schimmels kunnen zelf geen voedsel maken. Ze halen voedsel uit dood en levend materiaal.
De schimmeldraden zijn onder de grond te vinden en zorgen ervoor dat resten van de natuur worden opgeruimd. We noemen schimmeldraden ook wel mycelium.
Hieronder kun je lezen hoe de mensen tegen 'schimmels' hebben aangekeken in de 10 tijdvakken.
Grieken en Romeinen
De Grieken waren niet dol op paddenstoelen. De Romeinen echter wel. Dat ging ook wel eens mis. Enkele paddenstoelen zijn erg giftig, zoals de groene knolamaniet (familie van de vliegenzwam). Deze paddenstoel werd door het eten van de Romeinse keizer Claudius gemengd.
Hoe liep het verder af?
De eerste moordpoging met giftige paddenstoelen mislukte echter. Claudius had last van buikloop en hield daarom het gif niet vast in zijn darmen. Bij de tweede poging lukte het echter wel: hij werd vermoord door zijn eigen lijfarts, Xenophos, die ook in het complot zat. Deze vermoordde Claudius door hem een giftige veer in zijn keel te steken (de Romeinen staken bij lange banketten veren in hun keel om de braakreflex op te wekken, zodat ze daarna met een lege maag verder konden eten).
Bron: Wikipedia: pagina over schimmels en Claudius
Monniken en ridders/ Steden en staten (middeleeuwen)
In dit tijdperk (500-1500 na Christus) hadden paddenstoelen een slechte naam. De mensen waren arm en zochten eetbare paddenstoelen in het bos. Sommige giftige paddenstoelen lijken op eetbare paddenstoelen. Een vergissing is zo gemaakt met als gevolg een dodelijke afloop.
Omdat de mensen de sterfgevallen niet begrepen werd er vaak aan hekserij gedacht.
Paddenstoelen kunne ook ineens opkomen, de ene dag zag je geen paddenstoelen, de volgende dag wel. Dat moest wel hekserij zijn.
Vandaar ook de volgende namen: Satansboleet, heksenboleet, duivelsei.
Kun jij meer van deze namen vinden?
Tot nu toe dacht men dat 'planten' zich alleen konden voortplanten door middel van zaden.
Men kwam tot ontdekking dat schimmels sporen maken en dat uit die sporen nieuwe zwamvlokken ontstonden.
In die tijd was dit wereldschokkend nieuws maar tevens gevaarlijk. Je week af van datgene wat bekend was. Er werd niets met deze ontdekking gedaan.
Omdat er veel schepen gebouwd moesten worden (voor de oorlogen tussen de Engelsen en Fransen) werd niet altijd het beste hout gebruikt. Het hout werd snel aangetast door de huiszwam. Schepen waren minder dan vier jaar bruikbaar.
In 1876 ontdekte de microbioloog John Tyndall dat schimmels bacteriën kunnen remmen.
Andere wetenschappers waren niet onder de indruk
1928 Ontdekking Penicilline
Alexander Fleming ontdekt in 1928 dat de schimmel Penicillium bacteriën doodt.
Fleming merkte dat tijden wereldoorlogen veel soldaten aan infectiezekten overleden. Hij wilde daar iets tegen doen.